Loading ...
Loading ...
Loading ...
18
– Zekering van 10 A = bescherming van de alge-
mene stroomcircuits en het vermogen van de
elektronische kaart; het in werking treden van
deze zekering veroorzaakt de stilstand van de
machine. Tevens gaan alle lampjes uit op het
dashboard.
– Zekering van 25 A = bescherming van het
laadcircuit; wanneer deze zekering in werking
treedt, verliest de accu geleidelijk aan zijn la-
ding en ontstaan problemen bij het starten.
Met motor Honda:
– Zekering van 10 A = bescherming van de
algemene stroomcircuits en het vermogen
van de elektronische kaart; het in werking
treden van deze zekering veroorzaakt de
stilstand van de machine. Tevens gaan alle
lampjes uit op het dashboard.
– Zekering van 25 A = bescherming van het
laadcircuit; wanneer deze zekering in wer-
king treedt, verliest de accu geleidelijk aan
zijn lading en ontstaan problemen bij het
starten.
– Zekering van T-6,3 A (Vertraagd) (2) = be-
scherming van de algemene stroomcir-
cuits en het vermogen van de elektronische
kaart; Het in werking treden van deze ze-
kering veroorzaakt de stilstand van de ma-
chine. Tevens gaan alle lampjes uit op het
dashboard.
Het vermogen van de zekering is aangegeven op
de zekering zelf.
BELANGRIJK Een doorgebrande zekering
dient altijd vervangen te worden door eenzelfde
type met hetzelfde vermogen.
Als de oorzaak van het in werking treden niet ge-
vonden kan worden dient er contact opgenomen
te worden met uw Verkoper.
6.4.5 Vervanging koplamp
(indien voorzien) (Afb. 6.8)
De koplamp (18W) is door middel van een bajo-
-
derd kan worden door deze met behulp van een
tang tegen de klok in te draaien.
6.4.6 Demontage, vervanging en hermon-
tage van de snij-inrichtingen
LET OP! Draag werkhandschoenen om
de snij-inrichting te hanteren.
LET OP! Vervang de beschadigde of ver-
wrongen snij-inrichtingen steeds; probeer ze
nooit te herstellen! GEBRUIK STEEDS ORIGI-
NELE SNIJ-INRICHTINGEN!
Voor deze machine is het gebruik van een snij-in-
richtingen voorzien met de code die aangegeven
is in de tabel op pagina ii.
Gezien de ontwikkeling van het product, kunnen
de boven vermelde snij-inrichtingen in de loop
van de tijd vervangen worden door andere, met
soortgelijke eigenschappen voor wat betreft ver-
wisselbaarheid en functionele veiligheid.
7. RICHTLIJNEN OM PROBLEMEN VAST TE STELLEN
PROBLEMEN MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
1. De sleutel staat in de stand
“DRAAIEN” en het lampje
brandt niet
De bescherming van de
elektronische kaart is in werking
getreden doordat:
– de accu is niet goed aangesloten
– de polen van de accu zijn
omgewisseld
– de massa niet goed is
– de accu is niet goed opgeladen
– de zekering is doorgebrand
– de kaart nat is
Zet de sleutel op stand «STOP» en
zoek de oorzaken van het defect:
– controleer de aansluitingen (zie 3.2)
– controleer de aansluitingen (zie 3.2)
– controleer de aansluitingen (zie 3.2)
– laad de accu opnieuw op (zie 6.3.3)
– vervang de zekering (10 A) (zie
– drogen met lauwe lucht
2. De sleutel staat in de stand
«START», het lampje knippert
en de startmotor draait niet
– er is geen toestemming tot
starten gegeven
– controleer of de
toelatingsvoorwaarden worden
gerespecteerd (zie 5.2.a)
3. De sleutel staat in de stand
“START”, het lampje brandt
maar de startmotor draait niet
– de accu is niet goed opgeladen
– zekering van de oplading
doorgebrand
– storing van het startrelais
– laad de accu opnieuw op (zie 6.2.3)
– vervang de zekering (25 A)
– Contacteer uw Verkoper
Loading ...
Loading ...
Loading ...