Loading ...
Loading ...
Loading ...
- 9
GEVAAR
Verwondingsgevaar! Bij alle reparatiewerkzaamheden
dient de hoofdschakelaar te worden uitgeschakeld.
A Foutnummer
B Aantal actueel voorhanden fouten
– Foutsoort 1: Noodwerking van de installatie met
resterende hogedrukpompen.
– Foutsoort 2: Bedrijfsklaarheid van de installatie
wordt uitgeschakeld en hogedrukpompen worden
uitgeschakeld.
– Wanneer één van de bovengenoemde storingen
optreedt, kan het apparaat na het oplossen van de
fout, opnieuw in werking gesteld worden door de
ontgrendelingsknop in te drukken.
Instructie: De 40 laatst opgetreden fouten worden met
de bijbehorende datum en tijd opgeslagen en kunnen
op het display weergegeven worden.
A Datum van de fout
B Tijdstip van de fout
C Foutnummer
D Lijstplaats van de fout
E Aantal opgeslagen fouten
Hulp bij storingen
Foutnum-
mer
Foutbeschrijving Fout-
soort
01 Stuurspanning ontbreekt 2
02 Display, geen communicatie 2
10 Motorveiligheidsschakelaar ho-
gedrukpomp 1
1
11 Motorveiligheidsschakelaar ho-
gedrukpomp 2
1
12 Motorveiligheidsschakelaar ho-
gedrukpomp 3
1
13 Motorveiligheidsschakelaar ho-
gedrukpomp 4
1
18 Spoelbeveiliging hogedrukpomp
1
1
19 Spoelbeveiliging hogedrukpomp
2
1
20 Spoelbeveiliging hogedrukpomp
3
1
21 Spoelbeveiliging hogedrukpomp
4
1
26 Motorveiligheidsschakelaar van
de voordrukpomp
2
30 Schakelaar „In“ permanent be-
zet (ingang van de besturing)
2
31 Schakelaar „In“ permanent be-
zet (display)
2
32 Schakelaar „Uit“ permanent be-
zet (ingang van de besturing)
2
40 Watertekort 2
41 Watertemperatuur te hoog 2
42 Lekuitschakeling 1 (30 minuten
permanente werking)
2
43 Lekuitschakeling 2 (kleine lek) 2
45 Druk te hoog (> 300 bar) 2
47 Overstroomklep verkeerd inge-
steld
2
48 HDC-type verkeerd ingesteld 2
50 Druksensor voor hogedruk geeft
geen signaal
2
51 Debietschakelaar permanent
signaal
2
52 Temperatuursensor geeft geen
signaal
2
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing door wie
Apparaat draait niet Het apparaat heeft geen spanning. Controleer het elektriciteitsnet. Electricien
Motorveiligheidsschakelaar voor besturing is
in werking getreden.
Motorveiligheidsschakelaar controleren. Klantenservice
Pomp start tijdens de bedrijfsklaarheid
niet als het handspuitpistool geopend
wordt
Druksensor voor hogedruk of kabel naar de
druksensor defect.
Druksensor of kabel vervangen. Klantenservice
Het apparaat ontwikkelt onvoldoende
druk
Sproeier uitgespoeld. Vervang de sproeier. Bediener
Buisleidingsysteem aan de zijgzijde ondicht. Controleer de schroefverbindingen en slangen. Bediener
Veiligheidsventiel lekt. Controleer de instelling, zonodig door nieuwe afdichting
vervangen.
Klantenservice
Overstroomventiel lek of te laag ingesteld. Controleer de onderdelen van het ventiel, vervang bij be-
schadiging, reinig bij verontreiniging.
Klantenservice
Ventiel in de pomp defect, hogedrukmagneet-
klep sluit niet.
Defecte onderdelen vervangen. Klantenservice
Hogedrukpomp klopt, manometer oscil-
leert sterk
Pomp zuigt lucht aan. Controleer het aanzuigsysteem en dicht lekken. Bediener
Ventielschotel of ventielveer defect. Defecte onderdelen vervangen. Klantenservice
Voordrukpomp verkalkt of defect. Voordrukpomp controleren. Bediener
Overstroomventiel gaat constant open
en dicht bij een 0-afname
Lek in het hogedrukleidingen of handspuitpi-
stool ondicht.
Lek opsporen en afdichten. Bediener
Terugslagklep resp. afdichting afsluitzuiger in
het overstroomventiel ondicht.
Overstroomventiel herstellen. Klantenservice
Foutnummer 01 wordt weergegeven Besturingsprintplaat defect, groene leds knip-
peren niet.
Besturingsprintplaat controleren, indien nodig vervangen. Klantenservice
Foutnummer 10, 11, 12, 13 wordt weer-
gegeven
Overstroombeveiligingsschakelaar van de
overeenkomstige hogedrukpomp is in wer-
king getreden.
Oorzaak van de overbelasting verhelpen. Klantenservice
Foutnummer 18, 19, 20, 21 wordt weer-
gegeven
Thermosensor in de overeenkomstige motor
is in werking getreden.
Oorzaak van de overbelasting verhelpen. Klantenservice
Foutnummer 26 wordt weergegeven Overstroombeveiligingsschakelaar van de
voordrukpomp is in werking getreden.
Oorzaak van de overbelasting verhelpen. Klantenservice
Foutnummer 40 wordt weergegeven Watertekortbeveiliging in de vlotterhouder is
aangesprongen.
Oorzaak van het tekort aan water verhelpen. Bediener
Vlotterklep klemt. Vlotterklep op soepele werking controleren. Bediener
Foutnummer 41 wordt weergegeven Temperatuursensor in het vlotterreservoir is
in werking getreden.
Watertoevoertemperatuur verlagen. Bediener
Foutnummer 42 wordt weergegeven Hogedrukleidingen zijn ondicht (lek). Lek opsporen en afdichten. Bediener
Te veel verbruikers tegelijkertijd geopend. Enkele verbruikers sluiten. Bediener
Druksensor voor hogedruk defect. Druksensor vervangen. Klantenservice
Foutnummer 43 wordt weergegeven Hogedrukleidingen zijn ondicht (lek). Lek opsporen en afdichten. Bediener
Druksensor voor hogedruk defect. Druksensor vervangen. Klantenservice
Foutnummer 45 wordt weergegeven Druk te hoog (> 300 bar) Verkeerde sproeier aangebracht Breng de juiste sproeier
aan.
Bediener
Druksensor voor hogedruk defect. Druksensor of kabel vervangen. Klantenservice
59NL
Loading ...
Loading ...
Loading ...