Hotpoint HQ 2260S NE Induction Hob 60cm

Owner's Manual - Page 24

For HQ 2260S NE.

PDF File Manual, 42 pages, Read Online | Download pdf file

HQ 2260S NE photo
Loading ...
Loading ...
Loading ...
DAGELIJKS GEBRUIK
DE KOOKPLAAT IN-UITSCHAKELEN (AAN/UIT)
Druk ongeveer 1 seconden op de aan-toets om de kookplaat in te schakelen.
Druk op dezelfde toets om de kookplaat uit te schakelen en alle kookzones
worden uitgeschakeld.
PLAATSING
Vind de gewenste kookzone met behulp van de positiesymbolen.
Bedek de symbolen van het bedieningspaneel niet met pannen.
Let op: In de kookzones in de buurt van het bedieningspaneel is het raadzaam
om pannen binnen de markeringen te houden. Dit geldt zowel voor de
bodem als voor de bovenrand van de pannen, die vaak breder is.
Hierdoor wordt oververhitting van het touchpad voorkomen. Voor grillen of
frituren gebruikt u zo mogelijk de achterste kookzones.
KOOKZONES INSCHAKELEN/UITSCHAKELEN EN KOOKVERMOGENS
REGELEN
De kookzones inschakelen:
Selecteer de voorgeselecteerde kookzone door op de betreende toets
voor zoneselectie te drukken. Op het display verschijnt niveau ”0”.
Elke kookzone heeft verschillende vermogensniveaus, die ingesteld
kunnen worden met de toetsen ”+”/”−”. De niveaus lopen van het
minimum 1 tot het maximum 9.
Sommige kookzones hebben een snelopwarmfunctie (Booster), dit wordt
op het display aangegeven met de letter ”P”.
Display indicator vermogen
Indicatie geselecteerde kookzone
De kookzones uitschakelen:
Selecteer de uit te schakelen kookzone door op de betreende toets
voor zoneselectie te drukken (het punt rechts onder de indicator van het
vermogensniveau op het display wordt opgelicht). Druk op ”−” tot het
niveau ”0” is.
Om de zone onmiddellijk uit te schakelen houdt u de knop voor zoneselectie
3seconden ingedrukt. De kookzone wordt uitgeschakeld en de restwarmte-
indicator ”H” verschijnt op het display.
TOETSENBLOKKERING
Om de instellingen te vergrendelen en te voorkomen dat de kookplaat onbedoeld
wordt ingeschakeld, druk 3seconden op de Mymenu/Toetsenvergrendelingsknop.
Een geluidssignaal en een waarschuwingslampje boven het symbool geven
aan dat de functie is ingeschakeld. Het bedieningspaneel is vergrendeld, met
uitzondering van de uitschakelfunctie (
). Om de blokkering van de bedieningen
te deactiveren, herhaalt u de activeringsprocedure.
KOOKWEKKER
Met de kookwekker kan een bereidingstijd voor alle zones ingesteld worden.
De kookwekker inschakelen:
Selecteer en inschakelen de kookzone waarvoor u de kookwekker wenst in
te stellen.
Druk op de knop met het klokpictogram en stel de gewenste tijd in met de
toetsen ”+” en ”−”. De kookwekkerled voor de gebruikte zone gaat branden.
Enkele seconden na de laatste druk begint de kookwekker af te tellen en het
punt op het display dat het verstrijken van de seconden aangeeft knippert.
Als de tijd verstreken is, klinkt een geluidssignaal en wordt de kookzone
automatisch uitgeschakeld.
Na de selectie van de zone en het klokpictogram kan de tijd op elk
willekeurig ogenblik gewijzigd worden, en verschillende kookwekkers
kunnen gelijktijdig ingeschakeld worden.
De kookwekker toont altijd de ingestelde tijd voor de geselecteerde zone of
de kortste overige tijd.
Wanneer meer dan een kookwekker actief is, geeft de knipperende led de
zone aan waarvoor de bereidingstijd weergegeven wordt op het display.
Herhaal de bovenstaande stappen om de kookwekker voor een andere zone
in te stellen.
De kookwekker uitschakelen:
Selecteer de kookzone waarvoor u de kookwekker wenst uit te schakelen.
Houd de toets met het klokpictogram (
) 3 seconden ingedrukt. U kunt
ook op de knop met het klokpictogram drukken en vervolgens de knop ”−”
ingedrukt houden totdat op het display ”0:0” wordt weergegeven.
FUNCTIES
MYMENU
De ”Mymenu”-toets schakelt de speciale functies in.
Plaats de pan en selecteer de kookzone.
Druk op de ”My menu”-toets. Op het display van de geselecteerde zone
verschijnt ”A”.
Om de speciale functie uit te schakelen en terug te keren naar de handmatige
modus, selecteert u de kookzone en drukt u opnieuw op de toets ”Mymenu”.
Het vermogen dat door speciale functies wordt gebruikt is vooraf ingesteld en
kan niet worden gewijzigd.
SMELTEN
Met deze functie kunt u het voedsel op de ideale smelttemperatuur brengen
en de toestand van het voedsel handhaven zonder het risico dat het aanbrandt.
Deze methode is ideaal, omdat delicate voedingsmiddelen zoals chocolade
niet worden aangetast en niet aan de pan blijven plakken.
WARMHOUDEN
Met deze functie kunt u uw voedsel op een ideale temperatuur houden,
doorgaans na de bereiding, of kunt u vloeistoen langzaam in laten koken.
Ideaal om het voedsel op een perfecte temperatuur te serveren.
SUDDEREN
Deze functie is ideaal om een suddertemperatuur te handhaven, waarmee
u voor een lange periode voedsel kunt bereiden zonder het risico dat het
aanbrandt.
Ideaal voor langere bereidingen (rijst, sauzen, braadstukken) met bijbehorend
vocht.
KOKEN
Met deze functie kunt u water aan de kook brengen en laten doorkoken met
minder energieverbruik.
Vul de pan met ongeveer 2 liter water (het liefst op kamertemperatuur).
In alle gevallen worden gebruikers geadviseerd om het kokende water
goed in het oog te houden en de resterende hoeveelheid water regelmatig
te controleren.
We raden aan om een deksel te gebruiken om de kooktijd te optimaliseren,
bij gebruik van grote pannen of een hoeveelheid water van meer dan 2 liter.
Gebruikershandleiding
NL
Loading ...
Loading ...
Loading ...