Loading ...
Loading ...
Loading ...
nl
83
Kleine storingen zelf verhelpen
Voordat u de hulp van de Servicedienst inroept:
Controleer eerst of u aan de hand van de volgende punten de storing kunt verhelpen.
Als u om een monteur vraagt, en het blijkt dat hij alleen maar een advies (bijv. over
de bediening of het onderhoud van het apparaat) hoeft te geven om de storing
te verhelpen, dan moet u, ook in de garantietijd, de volledige kosten van dat bezoek
betalen!
Storing Eventuele oorzaak Oplossing
De verlichting functioneert
niet.
Het lampje is kapot. Lampje vervangen. Afb. '/B
1. Apparaat uitschakelen.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of
de zekering losdraaien resp. uitschakelen.
3. Afdekking naar voren eraf trekken.
4. Lampje vervangen.
(Reservelamp: 220-240 V wisselstroom,
fitting E14, voor wattage zie het kapotte
lampje.)
De lichtschakelaar klemt. Controleer of er beweging
in de lichtschakelaar zit. Afb. '/A
In de koelruimte is het te
koud.
Deur van het vriesvak is
geopend.
Deur van het vriesvak sluiten. De deur van
het vriesvak sluit met een hoorbare klik.
Er werden te veel
levensmiddelen in één keer
ingeladen om in te vriezen.
Max. invriescapacitiet niet overschrijden.
De temperatuurregelaar is
te hoog ingesteld.
Temperatuurregelaar lager instellen.
De bodem van de koelruimte
is nat.
De dooiwatergoten of het
afvoergat zijn verstopt.
De dooiwatergoten en het afvoergaatje
schoonmaken (zie „Schoonmaken van het
apparaat”). Afb. &
De diepvrieswaren
ontdooien.
De omgevingstemperatuur is
kouder dan +16 °C.
De koelmachine slaat minder
vaak aan.
Vertrek verwarmen (warmer dan +16 °C).
Afb. "/B Apparaten met
binnentemperatuurschakelaar:
Om in te schakelen op
de binnentemperatuurschakelaar drukken.
Markering „0” is niet meer zichtbaar.
De verlichting in het apparaat gaat op een
lagere stand branden.
Loading ...
Loading ...
Loading ...