Loading ...
Loading ...
Loading ...
149NL
Nederlands
7 Opbergen
1 Schakel de luchtzuiveraar uit en
haal de stekker uit het stopcontact.
2 Maak de luchtzuiveraar, de
luchtkwaliteitsensor en het
voorfilter schoon (zie het hoofdstuk
'Schoonmaken').
3 Laat alle onderdelen goed
opdrogen voordat u ze opbergt.
4 Wikkel de filters en het voorfilter
apart in luchtdichte plastic zakken.
5 Bewaar de luchtzuiveraar, de filters
en het voorfilter op een koele,
droge plek.
6 Was uw handen altijd grondig na
hantering van de filters.
Resetknop lter
U kunt de filters ook vervangen als
er geen filtervervangingscode wordt
weergegeven op het scherm. Nadat
u het filter hebt vervangen, moet
u de levensduurteller van het filter
handmatig resetten.
1 Houd en gelijktijdig
3 seconden ingedrukt om de modus
voor het resetten van het filter te
activeren (afb. ~).
» Code (A3) van het NanoProtect
serie 3-filter wordt
weergegeven op het scherm.
2 Houd 3 seconden ingedrukt
om de fabrieksinstellingen van
de levensduurteller van het
NanoProtect serie 3-filter te
herstellen (afb. }).
3 Code (C7) van het NanoProtect
AC-filter wordt weergegeven op het
scherm nadat de levensduurteller
van het NanoProtect serie 3-filter is
gereset (afb. ).
4 Houd 3 seconden ingedrukt
om de fabrieksinstellingen van
de levensduurteller van het
NanoProtect AC-lter te herstellen
en de resetmodus af te sluiten
(afb. ).
Loading ...
Loading ...
Loading ...