Loading ...
Loading ...
Loading ...
BEDIENEN VAN UW WIJN-/DRANKENKOELER
EN INSTELLEN VAN DE TEMPERATUURREGELING
Instructie bedieningssysteem
Knop “
Het apparaat in-/uitschakelen (houd deze knoppen ongeveer
3 seconden ingedrukt).
Knop “
De binnenverlichting in-/uitschakelen.
OMHOOG-knop “
Wordt gebruikt om de temperatuur in stappen van 1°F (1°C) te verhogen.
OMLAAG-knop “
Wordt gebruikt om de temperatuur in stappen van 1°F (1°C) te verlagen.
“ο”
Het indicatielampje gaat branden om aan te geven dat de koelmodus momenteel in werking is.
“DISPLAY”
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
De temperatuurregelingen instellen
Stel de gewenste koeltemperatuur in door op de knoppen naast de indicatielampjes "
" of
"
" te drukken. Bij elke druk op de knop scrolt u door de beschikbare
temperatuurinstellingen, in stappen van 1°C.
De temperatuurinstelling kan worden aangepast van 5°C tot 18°C.
Als u elke werkelijke binnentemperatuur wilt zien, houdt u de knop "
" of " " 3 seconden
ingedrukt. De LED gaat knipperen en geeft de werkelijke temperatuur weer. Nadat u de knop
heeft losgelaten stopt de LED met knipperen en wordt de ingestelde temperatuur
weergegeven.
Knipperende LED = Kasttemperatuur
Ononderbroken brandende LED = Ingestelde temperatuur
Temperatuuralarm
Als de binnentemperatuur hoger is dan 23°C, wordt "HI" weergegeven op het display. Na één uur
gaat het alarm / zoemer af. Dit geeft aan dat de binnentemperatuur te hoog is. Als de
binnentemperatuur lager is dan 0°C, wordt "LO" weergegeven op het display. Tegelijk worden het
alarm en de storingsindicator geactiveerd.
Loading ...
Loading ...
Loading ...