Loading ...
Loading ...
Loading ...
22
9. OP HET DISPLAY WEERGEGEVEN ALARMEN
ALARM OORZAAK OPLOSSING
Het reservoir (A2) ontbreekt of is niet cor-
rect geplaatst
Breng het reservoir correct aan (zie paragraaf “4.1
Afvoer naar het reservoir”)
Het reservoir is vol Maak het reservoir leeg (zie paragraaf “4.1 Afvoer in
het reservoir”)
De omgevingstemperatuur is te laag (zie
operationele limieten in hfdst. “8. Techni-
sche kenmerken”)
Verhoog, indien mogelijk, de temperatuur van de
omgeving
Een van de sondes is defect Neem contact op met het servicecentrum
10. ALS ER IETS NIET WERKT
Hieronder volgt een lijst met mogelijke storingen.
Wanneer het probleem niet op de beschreven manier kan worden opgelost, neem dan contact op met het servicecentrum.
PROBLEEM OORZAAK OPLOSSING
Het apparaat functioneert als ontvoch-
tiger, maar de vochtigheid neemt niet af
Het lter is verstopt Reinig het stolter (par. “7.2 Reiniging
van het stolter”)
De temperatuur of de vochtigheid van de
omgeving zijn te laag
Onder bepaalde omstandigheden zal het
apparaat niet ontvochtigen: controleer
de operationele limieten van het appa-
raat (zie hoofdstuk “8. Technische gege-
vens”). In enkele gevallen wordt aange-
raden om de te ontvochtigen omgeving
te verwarmen.
Het ingestelde niveau voor relatieve
vochtigheid is te hoog
Stel een lagere waarde voor vochtigheid
in (zie par. “5.1 Ontvochtingingsmodus”).
Loading ...
Loading ...
Loading ...