Loading ...
Loading ...
Loading ...
63
NL
WAT TE DOEN INDIEN UW APPARAAT NIET WERKT?
PROBLEMEN OORZAKEN OPLOSSINGEN
Het apparaat werkt niet. De stekker is niet juist
aangesloten; de regelknop
(J) is niet op “1” of “2”
ingesteld.
Steek de stekker van het
apparaat in een stopcontact
met de juiste spanning.
Draai de regelknop naar de
snelheid “1” of “2”.
De deksel (C) is niet goed
vergrendeld.
Controleer of de deksel (C)
juist vastzit door middel van
de vergrendelingshendel (G)
en het correct in de groeven
is aangebracht.
Het apparaat geeft een
geur af of voelt zeer warm
aan, maakt een abnormaal
geluid of er komt rook uit
het apparaat.
De filter (D) is niet juist
aangebracht.
Controleer of de filter (D)
juist op de aandrijfas (H) is
vastgemaakt.
Er worden te grote
hoeveelheden fruit of
groenten verwerkt.
Laat het apparaat afkoelen
en verminder de porties fruit
of groenten.
Er komt minder sap uit het
apparaat.
De filter (D) is verstopt.
Schakel het apparaat uit,
reinig de vultrechter (B) en
de filter (D).
De pulpopvangbak (E) is vol.
Verwijder de pulp uit de
pulpopvangbak (E).
Neem voor alle andere problemen of storingen contact op met uw erkend servicecentrum.
OPMERKING: VERVANG uw filter zodra slijtage of schade wordt
waargenomen.
Maak het motorblok schoon met een vochtige doek. Droog zorgvuldig.
Dompel het motorblok nooit in water.
Loading ...
Loading ...
Loading ...