Loading ...
Loading ...
Loading ...
nl Ventilatiefunctie "Knapperig laagje"
18
Voor gebruik van de magnetron is altijd een tijds-
duur nodig.
6.
Om de vooringestelde tijsduur te wijzigen op de be-
treffende tijdswaarde drukken, bijv. minutenindicatie
"m" of secondenindicatie "s".
a De geselecteerde waarde is blauw gemarkeerd.
7.
De tijdsduur met de instelring instellen.
Reset indien nodig de instelwaarde met
⁠.
8.
Om de ingestelde tijdsduur te bevestigen op het dis-
play op drukken.
9.
Start de werking met ⁠.
a De magnetron start en de tijdsduur loopt af. Bij het
maximale magnetronvermogen "boost" geeft het dis-
play de vermogensreductie aan.
→"Magnetronvermogen", Pagina11
a Wanneer de tijdsduur is verstreken klinkt er een ge-
luidssignaal. Op het display verschijnt een aanwij-
zing dat de werking is beëindigd.
10.
Wanneer de tijdsduur is verstreken:
Indien nodig kunt u verdere instellingen invoeren
en de werking opnieuw starten.
Schakel het apparaat uit met
wanneer het ge-
recht klaar is.
11.
Als u de droogfunctie voor de magnetron in de ba-
sisinstellingen hebt uitgeschakeld en zich in de bin-
nenruimte condens heeft gevormd, dan de binnen-
ruimte drogen.
→"Drogen", Pagina27
Opmerking:Wanneer u de apparaatdeur opent tijdens
het gebruik, wordt de werking stopgezet. Als u de ap-
paraatdeur sluit, moet u de werking voortzetten. Heeft u
de basisinstelling hiervoor gewijzigd, zorg er dan voor
dat de magnetron niet verder loopt terwijl hij leeg is.
→"Basisinstellingen", Pagina21
Magnetronvermogen wijzigen
U kunt het magnetronvermogen te allen tijde wijzigen.
1.
Op het display op
drukken.
2.
Op het magnetronvermogen drukken.
3.
Het magnetronvermogen met de instelring wijzigen.
4.
Om de wijziging te bevestigen, op het display op
drukken.
a De wijziging wordt overgenomen.
Tijdsduur wijzigen
U kunt de tijdsduur altijd wijzigen.
1.
Op het display op
drukken.
2.
Op de tijdsduur drukken.
3.
De tijdsduur met de instelring wijzigen.
4.
Om de wijziging te bevestigen, op het display op
drukken.
a De wijziging wordt overgenomen.
11.4 Magnetron bijschakelen instellen
Opmerking:
Zorg voor de juiste omgang met de magnetron:
¡ →"Veiligheid", Pagina2
¡ →"Materiële schade vermijden", Pagina6
¡ →"Magnetronvermogen", Pagina11
¡ →"Vormen en accessoires met magnetron",
Pagina16
Vereiste:Let op de informatie bij de betreffende func-
tie.
→"Instelmogelijkheden met magnetron", Pagina17
1.
In het menu op de gewenste functie drukken.
2.
De instellingen voor de functie invoeren, bijv. ver-
warmingsmethode en temperatuur.
3.
Op
⁠ "Bijgeschakelde magnetron" drukken.
4.
Het magnetronvermogen met de instelring instellen.
5.
Om het ingestelde magnetronvermogen te bevesti-
gen, op het display op drukken.
6.
Op ⁠ "Tijdsduur" drukken en de tijdsduur instellen.
7.
Start de werking met ⁠.
a Het apparaat begint op te warmen en de tijdsduur
loopt af.
a Wanneer de tijdsduur is verstreken, klinkt er een ge-
luidssignaal. Op het display verschijnt een aanwij-
zing dat de werking is beëindigd.
8.
Wanneer de tijdsduur is verstreken:
Indien nodig kunt u verdere instellingen invoeren
en de werking opnieuw starten.
Schakel het apparaat uit met
wanneer het ge-
recht klaar is.
Bijgeschakelde magnetron wijzigen
U kunt de bijgeschakelde magnetron altijd wijzigen of
deactiveren.
1.
Op het display op
drukken.
2.
Op het magnetronvermogen drukken.
3.
De bijgeschakelde magnetron met de instelring wij-
zigen of deactiveren.
4.
Om de wijziging te bevestigen, op het display op
drukken.
a De wijziging wordt overgenomen.
Ventilatiefunctie "Knapperig laagje"
12  Ventilatiefunctie "Knapperig laagje"
V
e
n
-
t
i
-
l
a
-
t
i
e
-
f
u
n
c
-
t
i
e
"
K
n
a
p
-
p
e
-
r
i
g
l
a
a
g
-
j
e
"
De ventilatiefunctie "Knapperig laagje" onttrekt vocht
uit de binnenruimte, zodat uw gerecht knapperig wordt.
De hoeveelheid hete stoom welke kan ontspannen bij
het openen van de deur, wordt gereduceerd.
12.1 Geschikte verwarmingsmethoden met
ventilatiefunctie
Voor de ventilatiefunctie zijn alleen bepaalde verwar-
mingsmethoden geschikt.
Bij de volgende verwarmingsmethoden kunt u de
ventilatiefunctie gebruiken:
¡ 4Dhetelucht
¡ Boven- en onderwarmte
¡ Circulatiegrillen
¡ Pizzastand
12.2 Ventilatiefunctie instellen
U kunt de ventilatiefunctie te allen tijde bijschakelen,
ook na aanvang van de werking.
1.
Stel een geschikte verwarmingsmethode en tempe-
ratuur in.
Indien nodig kunt u meer instellingen invoeren en
met de ventilatiefunctie combineren.
Loading ...
Loading ...
Loading ...