Loading ...
Loading ...
Loading ...
37
NL
Problemen
Aanbevelingen
Als er stoom van onder
de het deksel komt,
controleert u:
Of het deksel correct is gesloten.
De positie van de dichting van het deksel.
De staat van de dichting. Vervang indien nodig.
Of het deksel, de dichting en de groef in het deksel
schoon zijn.
De staat van de rand van de pan.
Als u het deksel niet
kunt openen:
Controleer of de drukindicator in de benedenposi-
tie staat.
Doop uw snelkookpan anders in een spoelbak
gevuld met koud water, tot de drukindicator zakt
- fig. 13.
Kom nooit aan de drukindicator.
Als het voedsel niet
gaar of verbrand is,
controleert u:
De kooktijd.
De kracht van het kookvuur.
De correcte positie van de werkingsklep.
De hoeveelheid vloeistof.
Als voedsel is
aangebrand in de
snelkookpan:
Laat de pan weken alvorens af te wassen.
Gebruik nooit bleekmiddel of chloorhoudende
producten.
Als een van de
veiligheidssystemen
tegen overdruk in
werking wordt gesteld:
Zet het vuur uit.
Laat de snelkookpan volledig afkoelen zonder ze
te verplaatsen.
Wacht tot de drukindicator zakt en open de snel-
kookpan. (zie het onderdeel 'Openen').
Controleer en was de werkingsklep, de stoomope-
ning, de veiligheidsklep en de dichting.
Laat uw snelkookpan nakijken bij een TEFAL Er-
kend Servicecentrum als het probleem aanhoudt.
Loading ...
Loading ...
Loading ...