Loading ...
Loading ...
Loading ...
60
BE
Starten en gebruik
! Op iedere knop staat aangegeven waar de gasbrander zich precies bevindt.
Gasbranders
De gekozen brander kan met de betreffende knop als volgt worden geregeld:
Uit
Maximum
Minimum
Voor het aansteken van één van de gasbranders houdt u er een vlammetje
bij of een gasaansteker, drukt u de knop in en draait u hem tegen de klok in
tot aan de positie van maximum sterkte.
Bij de modellen met veiligheidsmechanisme is het noodzakelijk de knop voor
ongeveer 2-3 seconden ingedrukt te houden totdat het veiligheidsmechanisme
dat. Enkele modellen zijn voorzien van ontsteking in de bedieningsknoppen
zelf; in dit geval is er de ontsteking maar ontbreekt het knopje.
Voor het aansteken van de gekozen gasbrander drukt u de betreffende knop
in, u draait hem tegen de klok in tot aan de positie van maximum sterkte en
u houdt hem ingedrukt totdat hij aan gaat
! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai dan de knop uit en wacht
minstens 1 minuut voordat u hem weer probeert aan te steken.
Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met de klok meedraaien
totdat hij niet meer verder kan (tot aan het symbool “●”).
Praktisch advies voor het gebruik van de branders
Voor een optimaal rendement dient u het volgende te onthouden:
Gebruik voor iedere brander de pan die erop past (zie tabel) om te
vermijden dat de vlammen er onderuit vandaan komen.
Gebruik alleen pannen met een platte bodem en met een deksel erop.
Draai de knop op het minimum zodra het kookpunt is bereikt.
Snel (R)
Half-snel (S)
Spaarbrander (A)
Ø Diameter pan (cm)
24 - 26
16 - 20
10 - 14
Brander
Voor het herkennen van het soort brander verwijzen wij u naar de afbeeldingen
in paragraaf “Kenmerken van de branders en straalpijpen”.
Een correcte positionering van de brander FTGH
Voor de maximale stabiliteit, controlleer dat de steunen voor de bakblikken
goed zijn geplaatst en dat ieder blik zich recht boven de brander staat.
Controleer dat de bakblikken op lijn staan met ééN van de steunbalken
van de blikken.
Plaats de handvaten van de bakblikken zodanig dat ze niet uitsteken aan
de voorkant van de kookplaat.
Het aspect dat het verschil uitmaakt voor
de stabiliteit van de pan is vaak de pan
zelf (of de positie van de pan tijdens het
gebruik). Goed uitgebalanceerd pannen,
met platte onderkanten, die in het midden
van de branders staan, met de handvaten
die op lijn zijn gezett met de dwarsliggers
van het rooster bieden uiteraard de maximale stabiliteit.
Voorzorgsmaatregelen en advies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale
veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid
en u dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit is een inbouwapparaat van klasse 3.
Gasfornuizen hebben voor een goede werking behoefte aan een
regelmatige luchtverversing. Controleer dat bij het installeren aan
de vereisten wordt voldaan beschreven in de paragraaf “Plaatsing”.
Deze instructies gelden alleen voor de landen wiens symbolen in de
gebruiksaanwijzing en op het typeplaatje staan.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in
overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met
regen of onweer.
Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte handen of voeten.
Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel te bereiden.
Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die in deze handleiding beschreven staan.
Elk ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als oneigenlijk te
beschouwen en dus gevaarlijk. De fabrikant kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist,
verkeerd of onredelijk gebruik.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op
warme delen van de oven terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand “●”/“” staan als de oven niet
wordt gebruikt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken
maar door de stekker zelf beet te pakken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog
in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne systeem sleutelen om
een reparatie proberen uit te voeren. Neem contact op met de Technische
Dienst (zie Service).
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de
kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot.
Gebruik geen instabiele of vervormde pannen.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen
inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen
of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat,
tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt.
Loading ...
Loading ...
Loading ...